Wij verwachten onze hulp van..
Onze hulp is in de naam van de HEER,
die hemel en aarde gemaakt heeft.
Psalm 124:8
Als je wel eens in de kerk komt, of de diensten online kijkt, dan komen deze woorden je vast bekend voor. In de Protestantse kerk is het – al eeuwen lang – gebruikelijk om de kerkdienst met deze woorden te beginnen. Maar weinig mensen beseffen dat de woorden direct uit de Bijbel komen, uit de psalmen.
Waarom beginnen we de kerkdienst met deze woorden? Het is een gebruik, een traditie. We doen dat niet omdat het verplicht is, of ‘zo hoort’. Er staat nergens dat dat moet. We doen dat omdat het mooi is om aan het begin van de dienst hardop uit te spreken dat we op God vertrouwen. Het is een geloofsbelijdenis: wij zijn hier bij elkaar gekomen, omdat we onze hoop niet stellen op andere mensen, of op spullen. Wij verwachten het van God.
De ‘bemoediging’, zoals we dit gedeelte van de dienst noemen, gaat verder met woorden uit Psalm 146. Kun jij in die Psalm vinden om welke zin dat gaat?
3Vertrouw niet op mensen met macht,
op een sterveling, bij wie geen redding is.
4Stokt zijn adem, hij keert terug tot de aarde,
op die dag gaat hij met zijn plannen ten onder.
5Gelukkig wie de God van Jakob tot hulp heeft,
wie zijn hoop vestigt op de HEER, zijn God,
6die hemel en aarde heeft gemaakt,
de zee en alles wat daar leeft,
Hij die trouw is tot in eeuwigheid,
7recht doet aan de verdrukten,
brood geeft aan de hongerigen.
De HEER bevrijdt de gevangenen,
8de HEER opent de ogen van blinden,
de HEER richt de gebogenen op.
Het gaat om de zin uit vers 6: ‘die trouw is tot in eeuwigheid’. Deze zin wil zeggen: als je op God vertrouwt, kom je niet bedrogen uit. Je kunt onder de indruk zijn van mensen die hun eigen gang gaan. Die hun eigen ‘god’ zijn. Die alles voor elkaar lijken te hebben, en zich nergens iets van aan trekken. Maar die mensen zijn net zo goed mensen van vlees en bloed als jij en ik. Je kunt beter vertrouwen op God. En wie is die God? Een God wiens trouw en liefde niet vergaat, in tegenstelling tot de ‘mensen met macht’. Hij is een God die recht doet, die de hongerige te eten geeft, die gevangenen bevrijdt. Hij is een God die het waard is om te vertrouwen, die je vertrouwen niet zal beschamen.
De ‘bemoediging’ sluit af met een laatste regel, uit psalm 138:
8De HEER zal mij altijd beschermen.
HEER, uw trouw duurt eeuwig,
laat het werk van uw handen niet los.
Psalm 138 gaat over op God vertrouwen als je je bedreigd voelt, als je met moeilijke omstandigheden te maken hebt. God, U laat het werk van uw handen niet los. U gaat met mij mee. U laat mij niet vallen.
Ik hoop dat, nu je dit weet, je anders mag gaan luisteren naar die woorden aan het begin van de dienst:
Onze hulp is in de naam van de HEER,
die hemel en aarde gemaakt heeft.
die trouw is tot in eeuwigheid.
Hij laat het werk van zijn handen niet los.
Stel dat je andere woorden zou gebruiken. Wat zou dan volgens jou een mooie manier zijn om aan het begin van de kerkdienst je afhankelijkheid van God uit te spreken?
Ds. Jake Schimmel