Preken

“Schijn-heilig”

Af en toe maak je het mee dat mensen zich boos maken over andere mensen in de kerk,
en dat ze zeggen: die, of die, dat zijn echte farizeeërs!
Een farizeeër genoemd worden, dat is niet echt een compliment in deze tijd.
We associëren het met mensen die het ene zeggen,
en het andere doen.
Die zich vroom voordoen, en vooraan zitten in de kerk op zondag,
maar in het dagelijks leven niet leven vanuit hun geloof,
eerder het tegenovergestelde.

Dat beeld dat wij hebben van Farizeeërs,
heeft te maken met teksten zoals die we vandaag hebben gelezen.
Die tekst staat aan het eind van een hoofdstuk dat bol staat van de discussies,
tussen Jezus en verschillende andere mensen:
Schriftgeleerden, Farizeeërs, Sadduceeërs, hogepriesters.
Ze vragen Jezus naar zijn bevoegdheid,
ze proberen hem in de val te lokken
door een moeilijke vraag te stellen over de belasting,
ze vragen hem naar zijn visie op het leven na de dood.

Die Schriftgeleerden en Farizeeërs, die hebben het niet zo op Jezus.
Dat kun je wel merken. Ze zien hem als een bedreiging.
Ze zijn bang voor de dingen die hij zegt.
Die gaan niet alleen over een theorie over God.
Het is makkelijk om óver God te praten.
Maar de dingen die Jezus zegt, gaan over hen zelf. Over hun eigen leven.

De Farizeeërs en de Schriftgeleerden
– die dachten namelijk dat ze zelf best wel goed leefden.
Ze richtten hun hele leven op God,
en op het bestuderen van de Thora, de wet van God.
Ze gaven geestelijke leiding aan de mensen.
Ze hielpen hen om te zien wat God van ze vroeg.
Ik denk dat ze zelf weinig verkeerds zagen aan hun leven.
Als wij het woord farizeeër of Schriftgeleerde horen,
dan hebben we daar een bepaald beeld bij.
We denken aan mensen die schijnheilig zijn.
Maar in de tijd van Jezus werden ze helemaal niet zo gezien.
Farizeeërs, dat waren mensen om naar op te kijken.
Het was een eervol beroep.
Er werd goed betaald om als leerling bij een rabbi in de leer te kunnen gaan,
om zelf een Schriftgeleerde te kunnen worden.
In feite was een farizeeër toen helemaal niet zo anders dan een dominee nu.
Of een politicus. Of een wethouder.
Of misschien weet je zelf een beroep dat in dat rijtje past.

Maar die Farizeeërs, die ervan overtuigd zijn dat ze goed leven,
die worden hier door Jezus ontmaskerd.
Die mensen, naar wie iedereen opkijkt,
die blijken een blinde vlek te hebben.
Want ondanks dat ze oprecht proberen om God te zoeken
– en zelfs daar zet Jezus vraagtekens bij –
geven ze eigenlijk veel te veel om eer.
Ze verlangen ernaar om op de voorgrond te treden,
ze willen graag erkend worden.
Overal waar ze komen willen ze op de beste plek zitten.

Erkend worden, dat willen we toch eigenlijk allemaal wel?
Iedereen vindt het fijn om wel eens te horen:
dat heb je goed gedaan.
Zeker als je je best ergens voor hebt gedaan.

Afgelopen week hadden we bij ons in de kerk een actie voor de voedselbank.
(Misschien dat jullie dat hier ook wel eens doen).
De gemeenteleden konden zelf houdbaar eten meenemen naar de kerkdienst.
Er werd een hele berg opgehaald.
De volgende dag kwam het busje van de voedselbank het ophalen.
Daar moest toch wel even een foto van gemaakt worden!
En terecht, want het is mooi om als gemeente te beseffen,
dat je iets voor een ander mag betekenen.
Je mag daar best trots op zijn.

Maar het zoeken naar erkenning moet niet het belangrijkste worden.
Dat je zo’n actie alleen nog maar doet om als gemeente een goed gevoel te krijgen.
Om jezelf op een voetstuk te plaatsen. Kijk ons eens!
Dan vergeet je waarom je het eigenlijk doet.
En dat is om gezinnen die de voedselbank echt nodig hebben te helpen.

De Farizeeërs en de Schriftgeleerden waren zo bezig met die erkenning, dat ze vergaten waar het echt om ging.
De kritiek die Jezus op ze heeft, is niet mals.
Ze ‘eten de huizen van weduwen op’.
En ze zeggen lange gebeden op, maar alleen maar voor de schijn.

Ze zijn zo bezig met hoe ze overkomen op anderen,
dat ze de nood van mensen om zich heen niet zien.
Ze profileren zich ten koste van anderen.
En door die lange gebeden zijn ze boven elke kritiek verheven.
“Schijn-heilig”.

Maar wat moet je daar mee als farizeeër,
als dat over jou gezegd wordt?
En wat zouden wij daarmee moeten,
als Jezus dat over ons zou zeggen?
Het is best pittig om daarover na te denken.
Het is eerlijk naar jezelf kijken, en de vraag stellen:
waar leef ik voor? Waar leg ik mijn prioriteiten?
Bij mezelf? Bij hoe ik overkom op anderen?

Afgelopen week las ik een interview met Arie Slob,
de lijsttrekker van de Christenunie
die deze week afscheid heeft genomen.
Daarin stond dat hij halverwege het gesprek opstond,
naar het prikbord naast zijn bureau liep en daar een zelfgeschreven kaartje vanaf haalde.
Op dat kaartje stond een Bijbeltekst: 1 Johannes 3:18.
Daar staat: ‘Kinderen, we moeten niet liefhebben met de mond, met woorden, maar waarachtig, met daden.’
Hij zei dat het hem niet uitmaakte of mensen zijn partij links of rechts noemden. ‘Prima hoor, als mensen energie in een discussie over links of rechts willen steken.
Maar het gaat om onze daden; daar zullen we op worden afgerekend.’

Niet liefhebben met woorden, maar met daden.
Ik denk dat dat de spiegel is die Jezus de Farizeeërs en de Schriftgeleerden wil voorhouden.
Jullie zeggen wel dat jullie de wet van God kennen.
Jullie laten je er zelfs op voorstaan, ontvangen er alle eer voor.
Maar hoe wordt dat zichtbaar in jullie leven?

(…)
Het verhaal dat daarop volgt laat heel mooi zien wat Jezus bedoelt.
Samen met zijn leerlingen gaat hij voor de offerkist zitten bij de tempel,
en hij kijkt hoe mensen er geld in gooien.
Het was een Joods gebruik om tien procent van je inkomsten af te staan aan de tempeldienst.
De een gaf dus meer dan de ander,
al naar gelang hij of zij meer te besteden had.
En dat ging om flinke bedragen.
Stel dat iemand omgerekend 3000 euro verdiende,
dan gaf hij 300 euro!

En daar, midden tussen al die mensen die flinke bedragen geven,
loopt een oude vrouw.
Ze doet twee stuivers in de offerkist. Een bedrag van niks.
Wat kun je daar nou voor kopen?

En dan staat Jezus op.
Hij roept zijn leerlingen bij zich, en zegt:
deze vrouw, deze weduwe,
heeft meer geld in de offerkist gedaan dan al die andere mensen bij elkaar!

Je kan je de reactie van de discipelen wel een beetje voorstellen.
Meer dan al die anderen bij elkaar?
Meer dan diegene die 300 euro gaf?

Jezus zegt: zij gaven uit hun overvloed,
maar zij gaf alles wat ze had.
Alles waarvan ze moest leven.
Zij gaf niet alleen maar voor het oog van anderen,
of omdat het moet. Het kost haar echt wat.

Het gaat Jezus er niet om hoeveel je straks in de collecte doet.
Het gaat erom vanuit welke houding je de dingen doet die je doet.
Doe je ze alleen om erkenning te krijgen,
of doe je ze omdat je begaan bent met een ander?

God verlangt van ons dat we liefhebben met onze daden.
Dat we doen zoals die weduwe doet.
Hij wil ons omvormen tot mensen die er voor anderen zijn,
Zelfs als dat hen zelf iets kost.
Iets van ons geld, of onze tijd,
Of onze persoonlijke ruimte.
Tot mensen die daarin Zijn karakter weerspiegelen.

We hoeven dat niet alleen te doen.
Hij wil ons geven wat we daarvoor nodig hebben.
We mogen God vragen om wijsheid,
om te kunnen zien wat we voor anderen kunnen betekenen.
Om te kunnen zien wat onze blinde vlekken zijn.
We mogen Hem vragen om kracht en om liefde om daar iets mee te doen.

We mogen Hem vragen om nederigheid.
Om niet alleen onszelf, maar ook de ander voor ogen te hebben.
En om vreugde en blijdschap in wat we doen.

Al die dingen wil God aan ons geven, en nog meer.
Als wij bij Hem komen en durven zeggen:
Ik heb U daarvoor nodig.
Help mij, maak mij meer zoals U.

We mogen bij Hem komen om niet. Gratis.
Zelfs als je van jezelf weet dat er nog zoveel is waarin je nog zou moeten groeien.
Voor zijn liefde hoef je zelf niets mee te brengen.
Je hoeft je niet tegenover God te bewijzen,
of naar erkenning te zoeken. Hij houdt allang van je.

Laat die liefde van God je leiden.
Deel wat je hebt met anderen, niet omdat dat moet,
Of om jezelf op de borst te kloppen,
maar om wat je zelf van Hem hebt ontvangen,
en mag blijven ontvangen.
Want Hij geeft alles voor jou.

Amen.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *